Eind maart zou de groep tweedejaars trainees en een afvaardiging van de groep afgestudeerden van vorig jaar afreizen naar Berlijn voor de internationale werkweek als onderdeel van het traineeprogramma. Vorig jaar was besloten dit een jaar op te schuiven vanwege de niet nader te noemen pandemie. Ook dit jaar gooide de pandemische situatie helaas roet in het eten bij de planning van de internationale werkweek. Niet naar Berlijn dus, wel voor de tweedejaars een leuk programma in Den Haag.
We begonnen de week op maandag 21 maart met een bezoek aan de Noorse ambassade. Daar vertelde ambassadeur Bård Ivar Svendsen ons over zijn werk en de relaties tussen Noorwegen enerzijds en Nederland en de Europese Unie anderzijds. Zo leerden wij dat duurzame energie een grote rol speelt in de bilaterale relaties en dat dit uiteraard ook voor de recente ontwikkelingen in Oekraïne geldt. Na het bezoek aan de Noorse ambassade ging de groep terug naar het centrum van Den Haag waar we een rondleiding kregen in de China Town van Den Haag, wat tot de Tweede Wereldoorlog de Joodse buurt van Den Haag was. Zo leer je nog eens wat over de stad. We sloten de dag af met een landendiner op de Academie. Om ons helemaal onder te dompelen in de verschillende (culinaire) culturen die de wereld rijk is had iedereen een gerecht uit een ander land meegebracht en zich overeenkomstig dat gekozen land verkleed. Zo konden we onder meer genieten van de smaken uit Sierra Leone, de Seychellen, Oekraïne en het Midden-Oosten.
De volgende dag vervolgden we het programma op de Academie. ’s Ochtends kwamen medewerkers van het Internationaal Strafhof (ICC) op bezoek om te vertellen over hun werkzaamheden, zoals de wijze waarop onderzoek gedaan wordt, hoe de rechters bij het ICC tot hun uitspraak komen en hoe rechters met verschillende achtergronden en uit verschillende rechtssystemen met elkaar samenwerken. Na de lunchpauze kwam de Gevolmachtigde Minister van Curaçao, Carlson Manuel, naar de Academie om te vertellen over zijn rol als afgevaardigde van de Curaçaose regering in Den Haag en de relaties tussen de landen binnen het Koninkrijk. Omdat sociale elementen niet in het programma konden ontbreken, volgde hierna een heus songfestivalbingo. De dag werd afgesloten met een Italiaans diner buiten de deur.
Op woensdagochtend was het alweer tijd om de internationale werkweek af te sluiten en wel met een presentatie over roofkunst. Een onderwerp – en dan met name de Benin Bronzen - dat al sinds de selectieprocedure twee jaar geleden een rode draad door het traineeprogramma lijkt te vormen. Voor deze presentatie waren Christianne Mattijssen, directeur Erfgoed en Kunsten bij het Ministerie van OCW, en Maurice Boer, beleidsmedewerker bij die directie, te gast op de Academie. Na de presentatie over roofkunst werd de internationale werkweek afgesloten met een gemeenschappelijke lunch.